Marcel is vermeld op het Joodsmonument naast het Oude Raadhuis in Castricum. Ton de Groot schrijft het volgende:
Marcel Polak werd samen met zijn broertje Hans Polak in Auschwitz omgebracht.
Bron: "De in Castricum ingeschreven Joden die omkwamen in 1940-1945" door Ton de Groot.
Marcel en Hans Polak.
Marcel André Sydney Polak, geboren Castricum 19 augustus 1932, Nederlands Israëlitisch, zoon van Jacob Polak en Roosje Spits. Hij kwam 26 november 1943 met zijn broertje in Barak 35 op Westerbork. Zij gingen op transport op 8 februari 1944 en werden vermoord te Auschwitz op 11 februari 1944. Marcel bereikte de leeftijd van 11 jaar.
Broer Hans Rudi Polak, geboren Amsterdam 15 september 1935, vermoord in Auschwitz op 11 februari 1944. Bereikte de leeftijd van 8 jaar.
Het gezin Polak-Spits kwam op 23 oktober 1931 vanuit Amsterdam naar Castricum en woonde in de Geelvinckstraat 13. Het gezin vertrok met oma Flora Sanders op 3 mei 1934 weer naar Amsterdam. Zij woonden 1941 Roompotstraat 19/huis. Jacob en Roosje overleefden de oorlog.
Vader en moeder, Jacob Polak en Roosje Spits woonden 1941 Roompotstraat 19/huis, verhuisden 8 mei 1941 naar de Volkerakstraat 44/h en 1 november 1942 naar de Transvaalkade 121. Zij waren ondergedoken in de omgeving van Haarlem en overleefden de oorlog.
Marcel en Hans Polak waren ondergedoken in Friesland, volgens het schrijven van Marcel, bij de heer P. Koning in de Oosterstraat 23 te Huizum bij Leeuwarden. Ze zijn verraden door iemand uit de buurt.
Op 20 oktober 1943 werden zij gearresteerd door de politieambtenaren Schleifer en Lammers, in dienst van de Sicherheitsdienst. Na ca 3 weken in de gevangenis van Leeuwarden werden zij overgebracht naar Westerbork. Zij kwamen 26 november in Lager Westerbork 1943 in het Weeshuis barak 35 en Marcel verstuurde, brief 7 dec. 1943 naar Huizum om warme kleren. Zij gingen 8 februari 1944 op transport en werden 11 februari door gasverstikking vermoord in Auschwitz.
Bron: Ton de Groot Castricum.